woensdag 1 juli 2015

La Vie en Vert goes French: Biarritz

Eerst even dit: ik heb geen idee of dit jullie interesseert, maar ik dacht dat het misschien wel eens leuk zou  zijn een reisrubriekje op te starten. Niet iets waarover ik normaal schrijf, dus het zou me een groot plezier doen als je me liet weten of deze post je iets zegt of het je echt geen jota kan schelen wat ik op reis loop te doen. Dankjewel!

Op reis dus. 


Plan was om in 1 keer door naar Zuid-Spanje te rijden, maar laat dat er nu net een klein beetje over zijn. Hoewel we dat andere jaren wel altijd deden, maar verstand (van mijn ouders) komt met de jaren, zo blijkt. 

Halfweg maakten we een tussenstop in het mooie Biarritz, een stad op een zuchtje van de Spaans-Franse grens met zicht op de Atlantische oceaan. Op het eerste zicht leek Biarritz niet veel meer te zijn dan het Knokke van de streek, maar dan nog net iets chiquer en groter en met wat mooier weer. Niks tegen Knokke hoor, maar ik ben niet zo voor dat blingbling en chique gedoe. 

Geef mij maar goeie, authentieke gezelligheid.

En laat ons dat er nu net - na een hele tijd ronddwalen- gevonden hebben. En wat voor een gezelligheid. Eens je wegtrekt van het toeristische Knokke-deel, ben je klaar om het echte Biarritz te ontdekken. Daar vind je smalle straatjes  vol kleine tapasbars waar mensen tot buiten met hun bordje lekkers staan, staan mensen samen met een drankje in de hand naar de prachtige zonsondergang te kijken en zjoeven de surfers tot ’s avonds laat op de meest wollig uitziende, blauw-witte golven. 



Eten deden we in een nogal toeristisch restaurant (Benieuwd?), simpelweg omdat we verhongerd waren en het gezellige deel van de stad nog niet ontdekt hadden. Maar het was lekker en er stonden best nog wat vegetarische gerechten op de kaart. Niets speciaals, maar dat je als vegetariër in het buitenland niet al te kieskeurig mag zijn, dat wisten we al. Na enig getwijfel tussen een simpele pasta met tomaten-basilicumsaus of een salade met warme geitenkaas en noten, ging ik voor de vegetarische salade: sla, tomaat, noten, asperges, avocado, olijfjes, croutons en een verrassend lekkere pesto-dressing.


Iets totaal anders dat me van deze stad zeker zal bijblijven zijn de assertieve mussen. Eerlijk waar: nog nooit zo’n astrante mussen gezien. Waar die beestjes bij ons als semi-bedreigd beschouwd worden, fladderen ze hier lustig rond en deinzen ze er niet voor terug de kruimeltjes van je bord  te komen pikken. 


Een andere leuke ontdekking was de zeevenkel tussen de rotsen in de branding. Dit mooie plantje met zijn frêle, goudgele bloemenschermen ruikt naar iets tussen citroen en venkel, maar stelt wel redelijk teleur wanneer je er een hapje van neemt en je niets anders dan zoute zee proeft. Ach ja, de geur zat dan toch al goed.


Een prachtige zonsondergang, een gezellige zuiderse sfeer, een unieke locatie aan de voet van de Pyreneeën en zotte mussen. Van een aangename tussenstop gesproken. 





Geen opmerkingen:

Een reactie posten